Daan Gielis
Daan Gielis: tussen leven en dood
De Belgische mixed-media kunstenaar Daan Gielis (1988, Beringen - Leuven,2023) studeert vrije grafiek in Hasselt en volgt les aan de Nederlandse academies in Den Bosch en Maastricht, waar hij zijn master in de beeldende kunst behaalt. Zijn oeuvre is een zoektocht naar zingeving, moed en volharding in een wereld vol bedrog en dubieuze tegenstellingen. Hij maakt sculpturen en installaties met emoticons en neon-lichtbuizen. Hij alludeert op de condities van het menselijk lichaam door afdrukken te maken van zijn middelvinger of afgietsels van zijn hoofd. Op 34 jarige leeftijd overlijdt de kunstenaar aan een auto-immuunziekte.
In zijn jonge jaren zoekt hij ontlading in de hardcore punk, maar na enige tijd beseft hij dat ook de underground-scene aan strikte regels is onderworpen. Op de kunsthogeschool maakt hij kennis met Koen van den Broek, die hem doet inzien dat wat hij zoekt binnen de punk, ook in de kunst gevonden kan worden. Hij neemt afstand van de vrije grafiek en begint te experimenteren met niet-alledaagse materialen, die hem het gevoel geven meer vrijheid te hebben. “Aan persoonlijke anekdotes heeft niemand iets, het is pas wanneer je erin slaagt deze te overstijgen dat je verhaal resoneert. Die relatie tot de ander is het allerbelangrijkste voor mij, het is pas in die verhouding dat je kan begrijpen dat je een deel bent van een geheel en je je plaats in de wereld kan vinden.”
Dat geheel is weinig fraai. Wanneer Gielis in 2021 aan zijn tentoonstelling Omdat De Wereld Is Zo Ontrouw werkt, maakt hij een donkere periode door die hem doet belanden bij het werk De Misantroop uit 1568 van Pieter Bruegel de Oude. De grijsaard op het schilderij wordt bestolen door een mannetje dat verkleed is als een rijksappel, het christelijk-middeleeuwse objectsymbool dat de wereld voorstelt. De persoon die het object in zijn hand heeft, en dus de wereld bezit, stelt een vorst voor. De oude man loopt ervan weg, maar dreigt zo in de kraaienpoten te stappen die op de grond liggen. “Dat deed me beseffen dat het geen zin heeft om weg te lopen van de wereld. Het is pas in de omgang met de wereld dat er zingeving schuilt. Blijven of weglopen, je wordt altijd beduveld.”
Dit besef wordt het blijvende uitgangspunt voor volgende tentoonstellingen. “Het gaat telkens over twee systemen die zich manifesteren en elkaar in een soort van deadlock brengen. Daar waar ze elkaar raken ontstaat er een scheurrand en het is daar, in die schemering, dat er nieuwe mogelijkheden ontluiken. Het komt erop aan een alternatief te vinden om met de wereld om te gaan”.
“Leven en dood liggen dicht bij elkaar,” vertelt de kunstenaar.” Mijn moeder was florist en ik ging haar vaak helpen. Ze verzorgde veel boeketten voor restaurants en events. In het begin van de week leverden we mooie verse bloemen, maar toen we ze gingen terughalen waren dat rotte bloemen en rot water. Je stopt die verwelkte boeketten dan in de bestelwagen en als je even later de deuren opent dan komt daar echt een doodsgeur uit. Elke week opnieuw zie je de cyclus van het leven zich versneld voltrekken. Zonder enig groot doel herhaalde zich week op week hetzelfde. Dat leek toen erg onzinnig. Vandaag zit de hoop voor mij in het ondernemen van de poging, in de blijvende zoektocht naar een alternatief, ook als je weet dat het je waarschijnlijk niets oplevert. Ook in de mislukking schuilt er schoonheid. Droefheid zal altijd de basis blijven, maar af en toe kan het uitmonden in iets positiefs, in iets dat het waardevol maakt om je zoektocht blijvend verder te zetten.”